In de St.-Jorisstraat was ruim anderhalve eeuw geleden Hendrik Laurens Tielen als schoolmeester werkzaam. Hij was zo'n 40 jaar oud en had enkele hulponderwijzers in dienst. Daaronder waren Christoffel, Lutkie en Christiaan Cranenburg. Dat was wel nodig, want in 1835 telde de school zo'n 200 leerlingen: 100 jongens en evenveel meisjes. De schoolmeester voelde zich heel belangrijk en liet aan iedereen blijken dat hij zich 'een geleerde' voelde. 's Avonds gaf hij bovendien bijles aan volwassenen in de natuurwetenschap. Ook zijn leerlingen voelden zich verheven boven de ander Bossche schoolkinderen. Daar moest haast een reactie op komen!
De boekdrukker F.J.A. van der Linden liet een prent graveren, een 'Lithografische Caricatuurplaat, voorstellende een gezelschap Apen'. Hierop kon ingetekend worden. Vele (Bossche) apen waren erop afgebeeld, voorzien van enige bekende eigenschappen. De namen stonden er niet bijgeschreven, maar iedereen wist wel wie er bedoeld werd met een aap die afgebeeld was met een bef achter een lessenaar. "Simia Sadajou Rubra of Roode Sapajou: is een zeer uitmuntende Aap en is hier bezig om eene Verhandeling over de Lente te doen, een stuk vrij overgenomen en gecompileerd naar verscheide Autheurs."
Tielens wilde niet graag dat deze prent verspreid zou worden en kocht daarom maar snel bij Van der Linden zeshonderd schoolboekjes! Later herhaalde dit aanbod van Van der Linden zich. Toch werd de print later in de stad te koop aangeboden ...
Wat nu te doen met de vele honderden boeken? De hulponderwijzers Lutkie en Cranenburg wisten er wel raad mee. Ze richtten in de school zelf een soort boekwinkeltje in. Omdat de voorraad aan de magere kant was, kochten ze elders gekleurd papier en schrijfbehoeften en startten de verkoop. Met succes! Al spoedig was hun hele voorraad verkocht. Geen wonder, dat in het Bossche bevolkingsregister van 1840 het beroep van Lutkie al omschreven staat als onderwijzer en boekverkoper.
Christoffel en Christiaan lieten het onderwijzen voortaan aan anderen over en begonnen op 12 juli 1838 definitief een eigen schoolboekhandel, dat eigenlijk door de 'chantage' Van der Linden was ontstaan. De verkoopactiviteiten werden later uitgebreid met een drukkerij. De boekdrukkers richtten later zelf een fabriek van gekleurd, gemarmerd, gebloemd en geglansd papier op. Schoolboeken, schriften en almanakjes, maar ook speelkaarten en gezelschapsspellen werden er bij dit bedrijf vervaardigd. Lutkie en Cranenburg vierde in 1938 - toen het bedrijf gevestigd was in het Refugie-huis aan de St.-Jorisstraat - het honderdjarig bestaan. Nu al anderhalve eeuw heeft het een plaats in de Bossche samenleving en biedt er werk aan velen.
|
1990 |
Henny MolhuysenVerhalen en legenden : ApengezelschapBrabants Dagblad donderdag 17 mei 1990 (foto) |
1988 |
Lutkie Cranenburg : 150 jaar voor elkaar Tib Tiebosch | Amsterdam |
H.F.J.M. van den Eerenbeemt, Geschiedenis van Noord-Brabant (1996-1997) I. 419
H.F.J.M. van den Eerenbeemt en L.P.L. Pirenne, 's-Hertogenbosch op de drempel van een nieuwe tijd (1960) 23, 25, 63-66, 68, 136, 138, 150
J.J.M. Franssen, De Bossche arbeider in zijn werk- en leefmilieu in de tweede helft van de negentiende eeuw XXXIII-XXXIV (1976) I. 49, 50, 52, 88, 116, 125, 176, 186, 190, 201, 202, 204, 207-209, 211; II. 371, 427, 459, 540, 552, 554
F.J. van Gaal, Socialisme en zelfstandige arbeidersbeweging in 's-Hertogenbosch 1886-1923 (1989) 17, 100, 154
Aart Vos, 's-Hertogenbosch : De geschiedenis van een Brabantse stad 1629-1990 (1997) 191, 237
Th. A. Wouters, Van bedeling naar verheffing XI (1968) 30n, 60, 60n